| |
Hans Truijen omschreef zijn werk in het Limburgs Dagblad van 4 september 1971 als volgt: "Het is geïnspireerd op de negrospirituals, de Jazz en de Blues. Ik heb er vergeelde portretten uit de tijd van de opkomst van de Jazz uit New Orleans in verwerkt. Met een soort herfstig landschap er tussen. Een portret van Mahalia Jackson kijkt naar een portret van een blanke vrouw met heel grote ogen. Het is misschien ook iets apocalyptisch. Uit een wolk komt een portret van een trompettist in wie je dan Louis Armstrong kunt herkennen. Daarbij komt een grote clown die het publiek een hand toereikt. Het clowneske door het hele tafareel. Dat is misschien mijn figuur, de kunstenaar als voordanser. Je mag nu ook dat clown-idee eruit halen. De achtergrond is bijna grafisch door het gebruik van aluminium. |
|
